Sint-Truiden / Saint-Trond

Sint-Truiden ligt thans in de Belgische, c.q. Vlaamse provincie Limburg, halverwege Leuven en Luik. In de vroegmoderne tijd, tot 1792, was het een stad in het prinsbisdom Luik. In juli 1566 belegden de voormannen van het Verbond der Edelen een vergadering in de stad. Zij kozen Sint-Truiden uit, juist omdat het tot een ander rechtsgebied behoorde dan de Nederlanden. Weliswaar verzochten zij de prinsbisschop om toestemming om in Sint-Truiden bijeen te komen, maar toen deze werd geweigerd trokken zij zich daar niets van aan en kwamen zij toch in Sint-Truiden bijeen. Op 14 juli hield de stad nog haar poorten gesloten, maar op 15 juli gingen de poorten open voor Hendrik van Brederode, de graaf van Culemborg en Lodewijk van Nassau. Zij kregen gezelschap van ongeveer 200 andere edelen. Tijdens de bijeenkomst deed zich een scheiding der geesten voor. Oorspronkelijk hadden de verbonden edelen, katholieken en calvinisten, zich verenigd uit ergernis over de geloofsvervolging. De leiding van het verbond nam nu echter een veel meer uitgesproken pro-calvinistisch standpunt in. De katholieke leden van het verbond waren weliswaar tegen geloofsvervolging, maar niet voor het publiekelijk tolereren van de calvinisten. De aanwezigheid van de uitgesproken calvinist Gilles Le Clercq en van calvinistische predikanten als François du Jon en Pérégrin de la Grange , was heel wat leden een doorn in het oog en aanleiding om met het Verbond te breken. Tot degenen die het Verbond de rug toekeerden behoorde Karel van Mansfeld , zoon van Peter Ernst van Mansfeld, die zijn zoon met onterfing had gedreigd.
Ook de landvoogdes en de centrale regering waren verontrust over de voortdurende activiteit van het Verbond én over de richting waarin het verbond evolueerde. Margaretha van Parma drong er bij Egmond en Oranje op aan zich in verbinding te stellen met de edelen om een verscherping van de tegenstelling te voorkomen. Omdat Oranje zich moeilijk kon verwijderen uit Antwerpen, een explosief kruitvat in 1566, werd als plaats van nader overleg tussen hoge en lage adel het dorp Duffel aangewezen, even ten zuiden van Antwerpen. De hoofdmannen van het Verbond, Brederode, Culemborg en Nassau, vertrokken dus vanuit Sint-Truiden om in Duffel met de Egmond en Oranje de situatie te bespreken. Oranje en Egmond drongen bij de voorlieden van het Verbond aan op terughoudendheid: de hoge adel kon het Verbond alleen ontzien als het zich hield aan de wensen van het Smeekschrift, zonder verder te overvragen. De Verbondsleiders moesten wel akkoord gaan, maar zullen dat tegen hun zin gedaan hebben.
Terug in Sint-Truiden bleken de calvinisten zich veel scherper geprofileerd te hebben dan gedacht. De calvinistische consistoriën dienden een petitie in “ten name van de Coopluiden, Borgeren en ingesetenen deser Nederlanden, der Religiën toegedaen, om in vrijheid hunner conscientien en exercitie hunner Religie in allen stillicheid en gehoorsaamheid te mogen leven”. Uiteindelijk kwamen de edelen en consistoriën tot een akkoord: de consistoriën zouden het geld leveren, terwijl het Compromis als beschermer van de consistoriën zou optreden. Met dat besluit sloot de vergadering op 22 juli 1566. Op 29 juli zouden twaalf edelen de wensen van het Verbond in een tweede Smeekschrift aan de landvoogdes presenteren, waarbij ze ook het verzoekschrift van de consistoriën zou doorgeven.
Op 15 oktober 1568 werd Sint-Truiden ingenomen door het invasieleger van prins Willem van Oranje, die in het neutrale Sint-Truiden niet het leger van de hertog van Alva te duchten had. Na het mislukken van de veldtocht bleef Sint-Truiden voor verdere politieke en militaire perikelen gespaard.

Anton van der Lem

Literatuur

De Grote Geus en het falende Driemanschap / door A. van Hulzen. – Hilversum : Verloren, 1995. – 142 p. : ill. ; 24 cm. Rugtitel: De Grote Geus. – Met reg. ISBN 90-6550-500-8, pp. 47-50.

Aalburg en de abdij van Sint-Truiden tijdens Reformatie en Contra-reformatie / T.T.A.B.M. van der Aalst. In: Historische reeks Land van Heusden en Altena: (1993), afl. 3, pag. 67-78.

Kroniek van de abdij van Sint-Truiden / [vert. uit het Latijn] door E. Lavigne ; met annot. van W. Jappe Alberts. – Assen [etc.] : Van Gorcum, 1986-…. – 3 dl. ; 23 cm. Vert. van: Gesta Abbatum Trudonensium. – Vanaf 1988 uitg.: Leeuwarden [etc.] : Eisma.

De effracties van Tongeren, Sint-Truiden en Hasselt / W. Tijms. In : Het oude Land van Loon : orgaan van de Federatie der Geschied- en Oudheidkundige Kringen van Limburg: vol. 41 (1986), pag. 113-157. Met lit. opg.

Inneming van de stad Sint-Truiden door Willem de Zwijger den 15 October 1568 / A. Kempeneers. – [Tongeren : Collee], [1914]. – 57 p. ; 22 cm L’organisation économique de l’abbaye de Saint-Trond depuis la fin du XIIIe siècle jusqu’au commencement du XVIIe siècle / par Guillaume Simenon. – Bruxelles : Hayez, 1913. – 632 p., [1] bl. pl., [1] vouwbl. krt. : ill. ; 24 cm. – (Mémoires / Académie Royale de Belgique. Classe des Lettres et des Sciences Morales et Politiques et Classe des Beaux-Arts. Collection in-8, ISSN 0770-7657 ; 2e série, t. 10, 2).Grand prix de Stassart (Septième période prorogée, 1895-1910.). – Met lit. opg. en index. Louis Prosper Gachard ed., Correspondance de Philippe II sur les affaires des Pays-Bas (5 tom., Bruxelles 1848-1879) I, nr. 409, pp. 431-432: bericht aan Margaretha van Parma i.v.m. de bijeenkomst van de edelen te Sint-Truiden, door de bisschop verboden, maar genegeerd door de edelen.

Histoire de la ville de Saint-Trond, avec tous les guerres, les statuts, les impôts, les lois et les incidents historiques qui y sont relatifs … / par A. Courtejoie. – Saint-Trond : Vanwest-Pluymers, 1846. – II, 382 p. ; 20 cm