Yo el rey

Spaans. Vertaling: Ik de koning.

Met deze woorden ondertekenden de Spaanse koningen hun brieven en besluiten.

Tijdens de afwezigheid van keizer Karel V in Spanje, sedert 1543, bestuurde Filips het Spaanse rijk in naam van zijn vader en ondertekende hij met `Yo el principe’: `Ik, de prins’. Toen hij in 1553 in het huwelijk trad met de Engelse koningin Mary Tudor, verhief keizer Karel zijn zoon tot koning van Napels. Daardoor stond Filips als regerend vorst op gelijke hoogte met zijn echtgenote. In deze jaren ondertekende hij met: `Yo, el rey principe’: `Ik, de koning-prins’. Nadat hij zelf koning van Spanje was geworden in 1556, maakte dit plaats voor: `Yo, el rey’.

Verg. Henry Kamen, Philip of Spain (New Haven/Londen, 1997), p. 14, 57.

Toen Jacob Presser (onder de naam van B.W. Schaper) in 1941 zijn De Tachtigjarige Oorlog publiceerde, gaf hij aan zijn tweede hoofdstuk de titel `Yo el Rey’, om daarmee de eigenzinnige politiek van de koning te willen beklemtonen, die van medezeggenschap van regeringsraden en hoge edelen niet wilde weten. Zoals gezegd was de wijze van uitdrukking de standaardformulering van de koningen van Spanje.