Borgvliet, 6 februari 1528 – Madrid, 21 mei 1567
Biografie
In de Nederlandse geschiedenis bekend als Jan van Bergen (in het Frans De Berghes).
Jan IV van Glymes was geboren in 1528 als zoon van Antoon van Glymes, eerste markies van Bergen op Zoom en Jaqueline (Jacoba) van Croÿ . Op 17 juni 1541 overlijdt zijn vader. Tijdens zijn minderjarigheid blijft Jan tot 1550 onder voogdij van zijn moeder. In 1546 behoort hij al tot de hofstaat van keizer Karel V, in 1547 tot het gevolg van landvoogdes Maria van Hongarije. In 1549 ontvangt hij koning Filips II bij diens huldigingstocht door de Nederlanden. Op 9 juli 1550 huwt de jonge markies met Maria de Lannoy, dochter van Jan, heer van Molenbeke (Molenbais) en van Johanna de Ligne. Vier dagen later doet hij zijn Blijde Inkomst en wordt hij gehuldigd als markies van Bergen op Zoom. Als heer van de stad ijvert hij tevergeefs voor het herstel van haar handelspositie.
Zijn politieke loopbaan krijgt oorspronkelijk hetzelfde verloop als die van zijn vader Antoon en zijn grootvader Jan III van Glymes. In 1555 wordt hij staatsraad, in 1556 ridder van het Gulden Vlies. In 1560 benoemt de koning Jan IV tot stadhouder van Henegouwen en gouverneur van Valenciennes, Kamerijk en Binche. Bij de laatste benoeming draagt de koning hem op, het opkomende protestantisme in zijn gouverneurschappen te bestrijden. Al spoedig krijgt hij hiermee te maken door nachtelijke activiteiten van calvinisten te Valenciennes. Gedurende de ziekte van zijn broer Robert, bisschop van Luik (deze kreeg in het voorjaar 1562 een beroerte), voert Jan IV het wereldlijke bestuur over dat bisdom. Hij onttrekt zich hiermee aan al te sterk ingrijpen in Valenciennes. Met die nalatigheid haalt hij zich het ongenoegen van de koning op de hals.
De markies en het door hem benoemde stadsbestuur treden ook te Bergen op Zoom opvallend traag en lijdzaam op bij de eerste verschijnselen van afvalligheid van de rooms-katholieke kerk. Bedreigingen met rechtsvervolging en terechtstelling van sectarissen en andere verleiders hebben weinig resultaat. De toenemende spanning tussen de aanvankelijk passieve meerderheid die bij het ‘oude’ geloof blijft en hervormingsgezinden, loopt vanaf 1559 geleidelijk op.
Samen met andere hoge edelen, onder wie de prins van Oranje en de graaf van Egmond, verzet de markies zich vooral na de door de koning doorgezette nieuwe kerkelijke indeling van de Nederlanden, tegen de invloed van de kardinaal Granvelle. Deze opstandige adelsgroep bereidt een plan voor om Oranje uit te roepen tot ruwaard van Brabant en Glymes-Bergen tot voorzitter van een bijeen te roepen Staten-Generaal. Bovendien ijvert Jan IV voor het houden van een nationaal concilie om aan de onderlinge geschillen binnen de nieuwe kerkprovincie een einde te maken en deze in ‘Erasmiaanse zin’ te hervormen. Een Ligue van voornamelijk stadhouders en Vliesridders bewerkt het ontslag van Granvelle, en zendt de graaf van Egmond als haar afgevaardigde naar Spanje.
Dat Filips II heel wat anders in zin heeft, blijkt uit de zogenaamde brieven van Segovia, (oktober 1565) waarin hij de door de edelen bepleitte verzachting van zijn maatregelen op godsdienstig gebied resoluut afwijst. Daarop verzoekt Jan IV als eerste van de Nederlandse edelen om ontslag als stadhouder en militair gouverneur. Met andere leden van de adelsliga sympathiseert hij met de meer radicale leden van het Compromis of Verbond der edelen, maar sluit zich niet bij hen aan. Samen met de heer van Montigny vertrekt hij in juli 1566 naar Spanje. Vlak voor de afreis verwondt hij zich bij een balspel, waardoor hij gedurende de reis en het verblijf daar lijdt aan de bijkomende complicaties. Hij wordt in feite door de koning in huisarrest gehouden.
Ondertussen heeft in de Nederlanden de Beeldenstorm plaatsgevonden. De markiezin moet in aanwezigheid van haar man – na tussenkomst van graaf Lodewijk van Nassau – toegeven aan de eisen van de hervormden om een schuurkerk buiten de stadspoorten te mogen openen en zich als kerkgemeente te organiseren. Als landvoogdes Margaretha van Parma troepen heeft ingezet om de orde te herstellen, laat de markiezin in maart 1567 een Spaans garnizoen in de stad toe. Daardoor gesterkt maakt zij een einde aan het bestaan van de eerste hervormde gemeente. Hun leiders en ijveraars worden verbannen. De koning heeft ondertussen besloten de hertog van Alva naar de Nederlanden te sturen om eens en vooral de opstandige elementen te onderdrukken.
De markies van Bergen op Zoom overlijdt op 21 mei 1567 te Madrid. Onmiddellijk doen geruchten de ronde dat hij in opdracht van Filips II zou zijn vergiftigd. Op 1 september vindt te Bergen op Zoom de plechtige uitvaart plaats in aanwezigheid van de hertog van Alva, Aarschot, Arenberg en Berlaymont, politieke tegenstanders van de markies. Zijn medestanders zijn al gevlucht (Oranje) of gevangengenomen (Egmond en Horne).
Jan IV wordt postuum beschuldigd van majesteitsschennis en van felonie (ontrouw als leenman). Zijn goederen worden in december 1567 in beslaggenomen en geïnventariseerd. Het proces tegen de overledene wordt 4 maart 1570 afgesloten met verbeurdverklaring van diens goederen. Deze worden met de koninklijke domeinen verenigd en komen onder het bewind van een superintendant. Zeven jaar nadien wordt het markiezaat door de Staten van Brabant teruggegeven aan de erfgenamen van de markies.
Willem van Ham
Literatuur
A.J. van der Aa, Biographisch Woordenboek der Nederlanden VII (Haarlem, 1862) 206-208 (s.v. Glimes)
Biographie Nationale de Belgique II (Bruxelles, 1868) 221-231 (Alphonse Le Roy) (s.v. Berghes)
Deutsche Biographie II (Leipzig, 1875) 366-367 (P.L. Muller)
Nationaal Biografisch Woordenboek 9 (Brussel, 1981) 312-323 (R. van Roosbroeck) (s.v. Glymes)
Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek X (Leiden, 1937)51 (L.M.G. Kooperberg)
Jan IV van Bergen 1528-1567 : Leven en nalatenschap van een (on)fortuinlijk markies / Bart van Eekelen en Joey Spijkers red. – Hilversum : Verloren, 2020. Met bijdragen van Marion Boers-Goosens, Bart van Eekelen, Nic Grosfeld, Willem van Ham, Yolande Kortlever, Jan Peeters, Hugo de Schepper, Joey Spijkers, Cees Vanwesenbeeck, Ria Weyts-Ramondt en Hanno Wijsman.
Op weg naar tachtig jaar oorlog : het verhaal van de eeuw waarin ons land ontstond : over de voorgeschiedenis en de eerste fasen van de Nederlandse opstand / J.J. Woltjer. – [Amsterdam] : Balans, cop. 2011. – 498 p., [16] p. pl. : ill., krt. ; 24 cm/ Met lit. opg., reg. ISBN 978-90-5018-838-8 geb.
Het doorluchtig huis van Bergen op Zoom : een overzicht van de geschiedenis van de heren en markiezen van Bergen op Zoom, hun verwanten en hun bezittingen (1287-1795) / door W.A. van Ham. – Zaltbommel : Europese Bibliotheek, 1977. – 112 p. : ill. ; 21 cm
Bibliogr.: p. 108-110. ISBN 90-288-5074-0
Macht en gezag in het Markiezaat : een politiek-institutionele studie over stad en land van Bergen op Zoom (1477-1583) / Wilhelmus Adriaan van Ham. – Hilversum : Verloren, 2000. – 479 p. : ill. ; 25 cm + Bijlagen (25 p.) Proefschrift Katholieke Universiteit Nijmegen. – Met lit. opg., reg. – Met samenvatting in het Frans . ISBN 90-6550-081-2 geb.
Juten, G. C. A., ‘Jan IV van Glymes 1528-1567’, Taxandria XXIX (1922).
Juten, G. C. A., ‘De laatste levensmaanden van Jan IV van Glimes’, Taxandria XLII (1935).
Jan metten lippen : zijn familie en zijn stad : een geschiedenis der Bergen-op-Zoomsche heeren van Glymes / door C.J.F. Slootmans. – Rotterdam [etc.] : Donker, 1945. – XI, 603 p., [3] bl. pl., [2] uitsl. bl. en [12] p. pl. : facs., foto’s, krt., portr. ; 25 cm. Lit. opg. en index.
Mémoires de Viglius et d’Hopperus sur le commencement des troubles des Pays-Bas / avec notices et annotations par Alph. Wauters. – Bruxelles : Heussner [etc.] ; La Haye : Nijhoff, 1858. – XXIV, 392 p. ; 23 cm. – (Publications de la Société de l’Histoire de Belgique. 1re série, XVIe siècle ; 2) (Collection de mémoires relatifs à l’histoire de Belgique). Reg., p. 150, n. 1.